Ondanks de nieuwe corona richtlijnen kan de informatiebijeenkomst van de gemeente Doesburg over duurzame energie toch doorgaan. Of dat nu wijsheid is? … De vaart moet er blijkbaar in worden gehouden.
Ik behoor tot de 3 x 15 uitverkorenen die de bijeenkomst mogen bezoeken. In aanloop naar de avond blijven de windmolens, zonnevelden en de verrommeling van het landschap maar door mijn hoofd spoken.
Als je je eenmaal verdiept in de wirwar aan regels, richtlijnen, voors en tegens kom je allerlei termen tegen. Niet mooi, slagschaduw, geluidsoverlast, aantasting stadsgezicht/dorpsgezicht, gezondheidsrisico’s, cultuurhistorische landschapswaarde, natuur- en milieuaspecten.
Aan geluidsoverlast kun je wel wat doen. Plaats je de molens langs een autobaan of op een bedrijventerrein dan zal het geluid wegvallen in het omgevingsgeluid. In de stille buitengebieden zal het geluid altijd te horen zijn, 24 uur per dag.
Ruim 40% van de energie is nodig voor de industrie en bedrijven in Nederland. Waarom dan niet daar de windmolens plaatsen en daar de daken/wanden voorzien van zonnepanelen, parkeerplaatsen overkappen met zonnepanelen, of restwarmte uit de industrie is misschien ook nog wel een optie? Niet alle daken zullen constructief geschikt zijn voor zonnepanelen maar kunnen natuurlijk wel geschikt worden gemaakt. Dat kost geld maar de aankoop van grond ook.
Hiermee pareer je het argument aantasting van dorps-, of stadsgezicht. Een bedrijventerrein of industriegebied draagt meestal niet bij aan de verfraaiing hiervan. Ook het natuuraspect speelt hier minder.
Het is toch jammer om naast bestaande industrie en bedrijventerreinen nieuwe industriegebieden te maken in het buitengebied. De energie-industrie.
In de brief van 30 oktober 2020 van minister Wiebes aan de Tweede Kamer over de stand van zaken van de Regionale Energiestrategie (RES) is hij duidelijk, het heeft de voorkeur parken te clusteren. Dat strookt helaas niet met wat regio’s nu doen. Best jammer, want straks heeft elke stad en elk dorp zijn eigen windmolens. Dat geeft toch flink wat horizonvervuiling. Ook pleit de minister voor het toepassen van de zonneladder. Zie onderstaande passage uit de brief.
Elke 2 jaar wordt de RES herijkt op grond van inzichten vanuit de uitvoering, innovaties en voortschrijdend inzicht. Als op bovenstaande vol is ingezet kan altijd nog blijken dat het niet genoeg zoden aan de dijk zet en er bijgestuurd moet worden. Zijn we verder in de tijd dan zullen er ook nieuwe oplossingen komen. Hopelijk hebben we ons landschap dan nog niet verkwanseld.
13% van de energie is voor de huishoudens. Hier wordt al veel gedaan aan duurzaamheid en er valt ook nog veel te halen, (3)dubbelglas, isolatie, warmtepomp, etc. En wat te denken van de postcoderozen waar veel huishoudens profiteren van de zonnepanelen op daken van boerenschuren, sportaccommodaties etc. Alle nieuwbouw moet sowieso vanaf 2021 bijna energieneutraal zijn. Dus dat percentage kan in 2050 in elk geval al gereduceerd zijn tot 0.
Over smaakt valt niet te twisten maar alleen ‘niet mooi’ is geen argument en dat is ook niet te veranderen, want ook met een mooie strik erom blijft een windmolen of zonneveld lelijk. En toch zullen we naar energieneutraliteit moeten. En waar ze ook komen het zal ook altijd pijn doen.
Het is maar een ideetje …
Eva